De komst van een nieuwe leerling in de klas zorgt altijd voor wat opwinding en een andere dynamiek. Dat geldt zeker voor een uitwisselingsstudent. Een goede kennismaking is dus belangrijk. Hier vind u een suggestie voor een klasgesprek:
Inleiding
Waarom is er een gaststudent in je klas?
- Komt op uitwisseling = interculturele ervaring
- wil leren/ervaren hoe jongeren hier leven
- het is een schoolprogramma, dus iedere dag naar secundaire school
- het is geen taalprogramma, taal is een middel tot integratie, geen doel
Wie is deze student?
- Een gewone klasgenoot als alle andere:
- zal Nederlands leren en praten als je hiermee helpt
- zal lessen aandachtig volgen mits wat ondersteuning
- zal trachten evaluaties tot een goed einde te brengen
- Maar toch bijzonder want:
- heeft andere gewoontes
- spreekt een andere taal, alles is vreemd en nieuw
- aanpassen vraagt veel energie en is vermoeiender dan we denken
Een klasgesprek om mogelijke misverstanden te vermijden en elkaar beter te leren kennen is belangrijk. Wat u wil bereiken is:
- Iedereen begrijpt waarom er een gaststudent is
- Alle partijen voelen aan dat verwachtingen bij de meest gewone dingen helemaal anders kunnen zijn
- Gelijkenissen ontdekken
- Compromissen vinden in het begrijpen
- De dingen eens van een andere kant zien
Verwachtingsmanagement
Iedereen heeft bepaalde verwachtingen. Het is cruciaal om deze te benoemen.
- Welke zijn de verwachtingen van de klasgenoten?
- Wat zijn de verwachtingen van de gaststudent?
- Begrijpen ze dat het schoolsysteem zodanig anders kan zijn dat het erg vermoeiend is voor de buitenlandse student? Misschien is ‘stil zijn’ een vorm van onzekerheid die als ‘afzijdig blijven’ en ‘geen interesse’ wordt ervaren…
- Wat verwacht de gaststudent te vinden in de klas? Is dit realistisch volgens onze gewoontes?
Vele vragen waarvoor ieder een eigen antwoord klaar heeft, spontaan vanuit de eigen beleving, maar misschien botst dat met die van de andere… Elkaar begrijpen is de eerste stap naar respect en aangenaam samenleven!
Methodieken
- Gebruik verschillende soorten van het ‘stellingenspel’
- Vorm een rechte lijn, leerlingen staan schouder aan schouder, u leest een stelling voor. Wie akkoord is zet een stap naar voor, wie niet akkoord is zet stap naar achter, probeer neutraal (staan blijven) te vermijden. Hou de stellingen eenvoudig!
- Stel een vraag en naargelang het antwoord worden groepjes gevormd. U kan de volgende vraag hierop laten verder gaan en groepjes doen splitsen, of gewoon bij iedere vraag nieuwe groepjes laten ontstaan (visueel effect is bijzonder en het actieve verhoogt de kans tot meer gemotiveerde deelname)
- Onderwerpen waarover je het kan hebben:
- Leven thuis: ik haal uit de koelkast wat en wanneer ik er zin in heb zonder te vragen, er zijn geen afspraken over TV en computergebruik, we groeten ’s morgens en ’s avonds het hele gezin met een kus, we ontbijten iedere morgen samen,
- Leven op school: ik kom met de fiets, te voet, bus, auto… , we nemen het woord zonder hand op steken, ieder lesuur een ander lokaal, we spreken de leerkrachten aan met de voornaam,
- Leven tijdens de vrije tijd: hobby, sport, spel zijn eigen vrije keuze, ik neem er aan deel wanneer ik wil (of niet),
- Eetgewoontes
- Begroetingsvormen
- Kringgesprek ter evaluatie of afronding
Stellingen
- Als ik iets niet begrijp of iets wil vragen dan steek ik mijn hand op
- Ik ga naar een katholieke school
- Op mijn school zijn 2000 leerlingen
- Ik ga naar een private school
- In mijn klas heeft iedereen een nickname
- Mijn school begint om 8.30u. en stopt om 16u
- Geen school op zaterdag
- Ik praat Engels met de gaststudent om mijn Engels te verbeteren
- In het secundair onderwijs kan ik kiezen welke richtingen ik zal volgen
- De studenten blijven in dezelfde klas, de leerkrachten wisselen om de 45‘
- Ik heb één pauze per schooldag van 30’
- Ik ga met de schoolbus naar mijn school
- Ik apprecieer het als de gaststudent naschoolse activiteiten met de klas meedoet
- Tijdens de les mag niet gepraat worden
- Iedere morgen leest de klastitularis een bezinningstekst voor waarover wij reflecteren
- Eén maal per maand gaan wij naar de schoolkerk
- Tijdens de pauze kan ik in de winkeltjes koekjes, chips, sandwiches en yoghurt kopen
- Het niveau van onderwijs is hoog
- Ik leer verschillende talen op mijn school
- Ik volg les na de schooluren
- Na de school ga ik uit met mijn vrienden
- Ik draag een uniform op school
- Ik ben zeer trots op mijn land
- Een gaststudent moet je op dezelfde manier behandelen als alle andere studenten in de klas
- Ik praat geen Engels meer met de gaststudent
- Ik eet 2 à 3 maal samen met mijn familie
- Iedere dag komt iemand helpen in het huishouden
- ’s Avonds kijken we regelmatig samen naar tv met het gezin
- Ik heb respect voor de leerkracht
- Gebruik van gsm of Ipod is verboden op school